2800 meter boven de zeespiegel. Stof. Zon. Beige is de allesoverheersende kleur, het enorme blauwe bergmeer steekt er scherp bij af. Langs de wegen staan motoren te wachten op hun langharige berijders; stoere mannen met tanige gezichten van de zon. Ze komen aangeklost op hun zware zwarte yakleren laarzen en stappen langzaam op het zadel van schapenvacht, voor ze in een grote stofwolk wegscheuren. Ik ben het land van de Mosu, de enig overgebleven matriarchale samenleving ter wereld, op de grens van Yunnan en Sichuan (ZW China). In de grote houten huizen, bijna vestingen, zijn de vrouwen verenigd. Zij zijn degenen die de familienaam aan hun kinderen overdragen. Vaak wonen er meer dan 3 generaties bij elkaar in de huizen, rondom een binnenplaats. De grootmoeder staat aan het hoofd van de familie en wordt uiteindelijk opgevolgd door haar oudste dochter. Deze dames en heren trouwen niet. Nooit. Ze noemen het zelf een 'visting marriage', een huwelijk waar je bij elkaar 'op bezoek' gaat. Bing Ma, een vrouw van mijn leeftijd schat ik, legt het me uit als ik samen met haar bij de heetwaterbronnen van het dorp zit. Ze vertelt me dat haar partner na zonsondergang naar haar huis komt en blijft slapen. 's Morgens vroeg, meestal voor het ontbijt (!), vertrekt hij weer naar zijn eigen huis. Tenzij ze een klusje voor hem heeft, dan helpt hij schoonmaken, beetje timmeren. 'Zijn' huis, dat is het huis van zijn moeder overigens. Hij heeft geen eigen zelfstandige woonplek. Maar dat geldt voor bijna niemand, mensen wonen met hun extended family samen. Soms wel met een man of 20 in een huis. Dit is een groot verschil met wat in China gebruikelijk is; zodra een vrouw trouwt, zal ze meestal in het huis van haar man gaan wonen en zal ze zorgen voor haar schoonfamilie. Ook mijn Chinese juffen op school en mijn Chinese vriendinnen wonen vaak niet alleen met man en kind, maar ook met schoonmama en schoonpapa. In tijdschriftadvertenties en commercials zie je dat terug; opa & oma zitter er altijd bij op de bank als er Coca Cola aangeprezen wordt. De happy family. Bing Ma runt het badhuis waar ik net me net heb ondergedompeld samen met 5 andere Mosu-vrouwen. Het badhuis is half in de openlucht en door een schot afgescheiden van het mannendeel. Toen ik me net weer aangekleed had, zwaaide opeens de deur open en stond er een oude Mosu-vrouw in traditionele klederdracht in de deuropening. Zij was geenzins van plan om te gaan zwemmen/baden, maar was puur uit nieuwsgierigheid naar binnen gekomen. Effe kijken hoe die witte billen van een laowai eruit zien. Bing Ma heeft twee kinderen en ik vraag haar of ze van haar huidige vriend zijn. Beetje onbeleefde vraag misschien, maar ik permitteer het me soms gebruik te maken van mijn 'onwetende buitenlander'-houding. Ze antwoordt van wel, maar vertelt me ook dat dat niet standaard is; veel vrouwen houden er meerdere mannen (tegelijk) op na. De Chinese regering probeert dit een halt toe te roepen, en de meeste Mosu-vrouwen zijn momenteel redelijk monogaam begrijp ik. Ik ben benieuwd hoe lang deze structuur nog kan blijven bestaan. De vrouwen, waaronder Bing ma, zorgen voor de financien, de business. De mannen gaan naar school. Als ik om haar telefoonnummer vraag, schrijf ik het op en vraag haar vervolgens de naam van het dorp en van haar in het Chinees op te schrijven. "Wij kunnen niet schrijven" zegt ze dan, dat heeft ze niet geleerd en de meeste andere vrouwen ook niet. Nu probeert de Chinese regering basisscholen voor meisjes en vrouwen op te zetten. Ik zie de jonge meisjes buiten op een krukje wel huiswerk maken, dus misschien dat het nu wel beter is. Ik wil hier nog wel eens terug. Het is een mooie plek, ik heb echt het gevoel dat ik diep diep China in gedoken ben. De wegen zijn niet geplaveid, de mensen net zo ruig en het eten is oerig; gisteravond samen met mijn reisgenoot een kwart big van het spit gegeten.
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment