Friday, October 31, 2008
Huis gevonden
Ik heb de sleutel van mijn nieuwe woonplek. Ik heb denk dat ik zo'n 10-15 appartementen en huizen gezien voordat ik deze vond. Precies wat ik wil, in een hutong, een traditionele Chinese wijk met laagbouw, middenin de stad. Het huis staat in een 'courtyard', een binnenplaats, die ik deel met 2 Chinese families en hun keffertje (hond) van 20 cm hoog. De meeste huizen in 'mijn' wijk hebben geen wc en geen badkamer, dus zijn er in elke straat wel een paar openbare toiletten. Moet er niet aan denken dat ik middenin in de winters s nachts de deur uit moet om te plassen. Gelukkig heeft mijn woning een eigen wc, een douche en als het mee zit volgende week verwarming. Nu zit er nog helemaal niks in. Geen radiatoren of wat dan ook. Het is hier gebruikelijk dat je je huis verwarmt met kool; kleine klompjes die je dan in de kamer aansteekt. Omdat dat niet goed voor de gezondheid is, biedt de lokale regering in mijn straat gesubsidieerde verwarming aan. Ze zijn nu bezig om alle huisjes stuk voor stuk van elektrische verwarming te voorzien. Als het goed is krijg ik volgende week 7 radiatoren in het huis. Dat had de huisbaas al tegen me gezegd, maar omdat ik het zeker wilde weten ben ik met Rachel, mijn Chinese makelaar, in de straat rond gaan vragen of dat ook echt klopt. De meeste huizen heb het inderdaad dus ik vertrouw er maar op. Heb toch nog maar niet 3 maanden huur vooruit betaald (wat hier gebruikelijk is). Ik trek er volgende week in, moet nog schoongemaakt worden en hier en daar geverfd. En nu is het weekend. Vandaag neem ik afscheid van alle Chinese METP-mensen uit mijn programma. En ben ik eindelijk alleen. Ik ga vanmiddag in 2ehandswinkels naar spullen voor het huis kijken. Daar dumpen alle expats hun spullen als ze vertrekken. Mijn huisbaas heeft een echt Chinese smaak, dus ik heb hier en daar wat spullen nodig om de blik af te leiden van knipperende blauw/rode verlichting aan het plafond....
Tuesday, October 28, 2008
Shanghai
3 dagen in Shanghai met de hele groep, op een van de beste 10 business-universiteiten van de wereld: CEIBS. Soort mini-cursus in business in China. Maar natuurlijk ook erg leuk om even in een andere stad te zijn. Rondtochtje op de lelijkste rondvaartboot van Shanghai over de Huangpu river. Maar wel erg gezellig. Andere foto is mijn uitzicht uit de hotelkamer. Dit is dus ook China. Naast de tempels, de leuke steegjes, zijn er de enorme flatgebouwen en de lappen asfalt daartussenin. Beijing is wat langzamer en liever. Ik voel me er tot nu toe meer op mijn gemak dan in Shanghai. Vanavond vliegen we met zijn allen weer terug.
88 Lucky Number?
Met 28 Europeanen en 60 Chinezen ben ik inmiddels een week op pad. Ze maken allemaal deel uit van het programma dat ik volg. We zitten 2 weken bij elkaar in een interculturele training. Varierend van outdoortraining tot workshops en lezingen op de universiteit. De Chinezen vertrekken na 2 weken, om uiteindelijk in Europa te gaan werken en wij gaan vanaf volgende week Chinees leren. Maar nu dus 2 weken om van elkaar te leren in business simulations etc.
De goden zijn volgens de Chinezen met ons, want we zijn met 88 man (sinds de Olympische Spelen weet de hele wereld dat dat een geluksgetal is). Tot nu toe lijkt dat ook zo te zijn: het is gewoon erg leuk met elkaar. Bij het doen van oefeningen mixt het goed, alhoewel de stijl van werken soms sterk verschilt. Met het onthouden van namen en gezichten lukt het nog niet zo, echt hopeloos soms, alhoewel we dagelijks met elkaar samenwerken. Ik heb ook al 3x de naam van Mr Chen gevraagd. Ja nu onthoud ik hem wel want de laatste keer keek-ie me een beetje wanhopig aan.
Verder is veel zoals in Europa: outdoortraining voor het ‘groepsgevoel’: torens bouwens enzo. We waren met onze groep de beste in dat onderdeel en dat vonden de Chinezen heel erg belangrijk en ze prezen de groepsleider enorm. Hard werken en presteren zijn zelfs in deze situatie erg belangrijk, terwijl de meeste Europeanen uit onze groep het toch gewoon als een spel zien. Ik werd eerlijk gezegd een beetje gek van 2 dagen dril-oefeningen: want we moesten dagelijks 6 keer met onze groep in rijen gaan staan, op volgorde en dan 1 voor 1 je nummer noemen, zodat het zeker was dat we compleet waren. Ook nog eens allemaal hetzelfde oranje regenjackie aan... Het meest lastige voor mij was dat ze niet tegen ons zeiden wat het plan voor de dag was, zodat je telkens van hot naar haar gesleept werd. En niet wist hoe lang het zou duren. Tot een uur of 10 s avonds uitiendelijk. De Chinese managers uit de groep leken dit probleemloos te ondergaan, terwijl een aantal Europeanen is gaan klagen bij de organisatie.
Saturday, October 18, 2008
Ik ben er!
Het heeft even geduurd voordat ik de stap naar China zette, maar ik ben er! Dit is de eerste foto die ik hier heb genomen. Van de -voor mij- mooiste tempel van Peking, de Temple of Heaven.
Hier ben ik als eerste naartoe gegaan toen ik in de stad op de fiets ging rondrijden. Op een (te lage) gehuurde fiets met mandje voorop. Het voelt heerlijk vrij om hier te kunnen fietsen. De stad is net zo groot als Belgie, dus ik heb nog wel wat kilomters te gaan. Ik ben tot nu toe binnen de eerste 4 ringroads gebleven, aan de 5e ben ik nog niet toegekoemn. Ik beweeg me mn rondom de Verboden Stad en de hutongs (kleine straatjes met lage huizen, met van die houten raampjes, vaak rondom een binnenplaats met enkele families). Ik maak afspraken met makelaars en rij me suf door de stad op zoek naar een leuk huis, bij voorkeur een hutong. Er zijn genoeg appartementen beschikbaar in enorme flatgebouwen, maar ik wil graag de vogels horen. De kunst is om er een te vinden die verwarming heeft (het wordt hier straks -20 graden) en een wc heeft en een douche. De meeste hutongs hebben een openbaar toilet langs de straat. Enig gerief gun ik mezelf toch wel. ook handig als het in de buurt is van een subway, want mijn universiteit ligt een stukje buiten het centrum van de stad. Omdat de afstanden zo groot zijn en het studieprogramma erg zwaar wordt (heb ik inmiddels begrepen van iemand uit het afgelopen jaar) wil ik mijn reistijd zo kort mogelijk houden. Ik heb er wel plezier in om naar huizen te kijken. Alleen al om te zien hoe mensen hier wonen.
Hockey in Beijing
Heb vandaag voor het eerst in deze stad het gevoel gehad dat ik op mijn plek ben. Ik wordt eindelijk rustig, na een paar dagen regelen: mobieltje, inentingen ziekenhuis, makelaars, visum etc.
En wat er ongetwijfeld ook aan bijdraagt; na 3 of 4 jaar eindelijk weer gehockeyd!
Een vaag adres en een telefoonnummer leiden me naar de noordkant van de stad, naar het Olympisch Stadion. Als ik boven de grond kom vanuit de metro straalt de zon me tegemoet en is de lucht blauw, geen spatje (zichtbare) smog te bekennen. Ik kan er niet omheen; voor me doemt het inmiddels wereldberoemde ‘Vogelnest’ op, het Olympisch Stadion. Ik loop er met mijn sportkleding en hockeystick rond alsof ik 2 maanden te laat ben en nog steeds mijn team zoek.... Nu het Chinese damesteam 2e is geworden tijdens de Spelen weten de meesten wel wat de bedoeling van die stick is en roepen mensen me het woord ‘hockey’ toe. Waarvan me niet helemaal duidelijk is wat ik daar mee moet. Het is enorm druk om het stadion, allemaal dagjesmensen. Ik voel me wat ongemakkelijk, ik sta bij ingang E en heb geen idee waar mijn wedstrijd is. Het stadion is erg groot en ik ben alleen al 20 minuten bezig om van de ene naar de andere kant te komen. Prachtig vormgegeven inderdaad, alleen nu al lekker vies aan het worden van smog en stof. Dat is toch wel opvallend in dit land, dat alle mooie dingen een kort leven beschoren zijn vanwege vervuiling en slecht onderhoud.
Ik ben trouwens al veel later dan ik plande omdat ik 3 metro’s moest nemen om hier te komen. Ik zie de wedstrijd al aan mijn neus voorbij gaan omdat ik gewoon niet weet hoe ik er moet komen en het telefoonnummer een Chinees bandje laat horen. Als ik daar zo sta te prutsen met mijn mobieltje wordt ik opeens geholpen door een Engelssprekende Chinees. Fijn is dat toch, net als je denkt dat je helemaal vastloopt is er altijd wel iemand die kan helpen. Hij luistert het Chinese bandje af belt 3 andere nummers en vindt uit waar mijn hockeystadion is en schrijft dat in karakters op voor de taxichauffeur. Het is dus 10 minuten verderop. Ik was op goed geluk maar naar het Olympisch stadion gelopen, je moet je ambities hebben het in het leven.
Superlekker gespeeld, mixed team, dus mannen en vrouwen, en veel verschillende niveaus, maar dat maakt niet uit. Fantastisch mooi waterkunstgrasveld. De Olympische teams hebben hier hun trainingen op gedaan. Erg grappig dat je in het ‘heetst’ van de strijd allemaal verschillende talen hoort. Spaans, Duits, Chinees alles door elkaar. Voertaal is natuurlijk Engels, vloeken over een gemiste bal gaat in de eigen taal... In het team zitten een paar Chinese ex-internationals, dus onze laatste man, Mr Ma, liet geen bal door. Nu heerlijke spierpijn!
Maruska in de bergen
Tijdens mijn Annapurna Circuit-trek van een dag of 20 heb ik met verschillende mensen gelopen. Ik wilde geen ‘drager’ of gids meenemen, ik voelde me conditioneel sterk genoeg om mijn eigen spullen te dragen. Ook had ik geen zin in een gids: de trail is duidelijk genoeg vind ik/hoopte ik, bovendien zit je met een beetje pech 20 dagen opgescheept met zo’n populair Nepalees gastje: Een jongen die weliswaar Engels spreekt en leuk gezelschap kan zijn, maar die vaak ook op zoek is naar een potentiële Europese huwelijkskandidate, als escape uit de Nepalese bergen en op zoek is naar een welvarender bestaan. Niet dus. Maar alleen lopen in de bergen is geen optie, dat is te gevaarlijk. Het lost zich vanzelf op, al die wandelaars zonder porter of gids haken vanzelf bij elkaar aan. Ik heb gelopen met Spanjaarden, Canadezen, Duitsers en een oneindig aantal Israëli’s (die hadden trouwens wel allemaal porters en gidsen. Israeli’s lopen bijna allemaal met elkaar, met nogal veel tekst en geluid). En met Tsjechen: vrij in het begin ben ik Vladimir en Frantisek tegengekomen. Twee vrienden uit de omgeving van Pilsen die geen woord Engels spraken. Hoe ze überhaupt zo ver zijn gekomen in Nepal is een prestatie op zich. Wel spraken ze wat Duits trouwens, dus dat werd ons bergtaaltje. We liepen ongeveer hetzelfde tempo, dat is ook wel een beetje uitzoeken, wie er ongeveer in dezelfde snelheid de bergen op/af loopt. De mannen hadden al (!) hun spullen meegenomen, niks in Kathmandu in een hotel achtergelaten. Dus ze liepen ieder met een kilo of 18 op hun rug, complete verbandtrommel mee en 6 smaken poeder voor aanmaaklimonade etc etc. Vandaar dat ik ze met mijn 10 kg goed bij kon houden. De meest intensieve etappe van de tocht heb ik met hen gelopen: naar de Thorong La pas op een hoogte van 5416 meter. Ik startte oorspronkelijk op 300 meter, dus heb ook dagen rust moeten nemen vlak voor de top om te acclimatiseren, zodat ik hoogteziekteverschijnselen zoveel mogelijk kon voorkomen. De eerste dagen waren erg mooi geweest, veel zon, tropische warmte en vegetatie. Naarmate we hoger kwamen werd de lucht droger, verdwenen de bomen en verschenen de yaks. De top en ook de weg ernaartoe is besneeuwd en aan weerszijden zie je gletsjers. Het is soms doodstil en die stilte is verrukkelijk. Ik heb delen van deze trail alleen gelopen, niet dit deel trouwens, en er is niets heerlijker dan je eigen ritme te vinden en vol vertrouwen (zonder angst voor beesten, mensen, verlies van de route) in de natuur te lopen. Het duurt even voordat ik dat te pakken had, maar het voelt erg goed. We waren wel een goed team met zijn drie-een. Met Vladimir en Frantisek liep ik naar boven, naar de pas, en weer een stuk naar benenden naar de eerstvolgende lodge (om te slapen). Een stijging van 1000 meter en een afdaling van 1600 meter (naar de lodge op uiteindelijk 3800 meter ofzo). Een wandeling waar geen einde aan leek te komen, we hebben 11 uur gelopen, zonder echte pauze. We startten om 4.30 uur in het donker, zodat we zo min mogelijk last zouden hebben van de wind die later op de dag opsteekt. Vladimir had met name moeite met ademen op de weg naar boven. Dat maakte dat we rustig aan deden. Op de top was een hutje waar we even gerust hebben. Het grappige is dat veel mensen op deze hoogte erg ‘vaag’ worden, zich niet meer helemaal bewust zijn van alles. Toen ik vroeg of iemand een foto van ons wilde nemen, liep diegene naar voren en naar achteren om alles in beeld te krijgen, terwijl ik net de ‘zoomfunctie’ had uitgelegd. Ik voelde me erg opgelucht dat we de top hadden gehaald, maar het was er koud en ik wilde zsm naar beneden. Ik had tot dan toe nog niet echt last gehad van de hoogte. De wandeling naar beneden was vreselijk; mijn hoofd begon toen pas zwaar te bonken en ik werd misselijk. Ik ben af en toe gaan zitten op een steen in de sneeuw in de zon. En voelde me zo wegglijden in een slaaptoestand, en kan me voorstellen dat het hier heel gevaarlijk kan zijn. Zolang de zon er is het heerlijk, maar zodra hij weg is en het gaat waaien bevries je als je lang blijft zitten. We hebben elkaar de berg op- en afgekletst, ik weet inmiddels na al het stijgen de dalen de Tsjechische woorden voor die begrippen. Genoeg tijd om met elkaar te spreken over gewoontes, het leven en andere dingen. En ook om soms helemaal niks te zeggen. Opvallend was dat ik na een paar dagen merkte dat de mannen telkens de naam van een vrouw noemden die ik niet kende, als ze onder elkaar Tsjechisch spraken. Ene Maroeska. Totdat Vladimir opeens tegen me zei, ‘He Maroeska, wil je nog wat water drinken’? Zoals blijkbaar gebruikelijk in het Tsjechisch hadden ze mijn naam verkleind. Ik ben er niet op vooruit gegaan vind ik, maar vooruit. De afdaling was prachtig maar dus ook vreselijk. Kale vlaktes met sneeuw. En kale vlaktes zonder sneeuw. Ik moest ontzettend nodig naar de wc, geen boom of rots te bekennen. We hadden een min of meer vaste loopvolgorde: Vladimir, ik, Frantisek. Ik wilde even achter blijven hangen om te plassen, maar ze waren zo galant en consequent dat ze elke keer aangaven dat ik tussen hen in kon lopen en voor kon gaan. Duurde heel lang voordat ze begrepen dat ik wilde plassen. Dat Duits liep niet altijd even soepel. Aan de afdaling tot het eerstvolgende dorp leek geen einde te komen, Ik was helemaal gesloopt aan het eind van de dag en voor niemand meer aangenaam gezelschap. Eenmaal in de lodge kreeg ik ruzie met een Israeli omdat-ie een half uur in de douche zat (met het excuus dat hij 7 dagen niet gedoucht had). Ja ik ook niet eikel!
Saturday, October 11, 2008
Coupe Bhaktapur
Ik ben vandaag naar de kapper geweest in de mooiste stad van Nepal, Bhaktapur. Vlak voordat ik NL verliet had ik al willen gaan, maar door al het geregel kwam het er gewoon niet van. Ik ben mijn hotel uitgestapt en na mijn vraag bleek achter een laken een soort beauty parlour te zijn. Zo noemt ze het in ieder geval zelf, de kapster. Het is een stoel, wat kammen en een enorme collectie tikka''s; de elegante rode stippen die hindoe-vrouwen tussen hun ogen plakken. Dat zijn dus stickertjes. Ik hou het bij mijn haar vandaag. Geen massage deze keer. Ze spreekt geen Engels maar zo gebarend voor de spiegel komen we er wel uit. Ze knipt wat onwennig in mijn blonde haar en vindt dat ik het met henna moet behandelen om het dikker te laten worden. Dat het dan rood wordt schijnt haar niet te boeien. De meeste vouwen hebben hier allemaal prachtig dik zwart haardat ze meetsal vastbinden en waar s morgens na het tempelbezoek een gezegend bloemetje in gaat. Vrouwen met kort haar bestaan gewoon niet, of het moeten boedhistische nonnen zijn.
Helemaal op het eind gaat het toch nog mis, ze knipt mijn lok tot een ponnie. Net te kort zodat ik er uitzie als een kleuter. Maar op de koop toe nemen voor 1,50 euro. En er een paar jaar jonger uitzien is ook niet wg.
Tuesday, October 7, 2008
Gompa
Sinds 5 dagen weer een berg(je) beklommen. De gompa (boedhistische) tempel van Pokhara, aan de overkant van het Fewa-meer. De Himalayas zaten de afgelopen dagen aardig in mijn benen en ik kon geen heuvel of stenen treden meer zien. Maar vanmorgen werd ik om 6 uur wakker en ben er op uit gegaan. De dag is dan nog fris en helder, vanaf de stad en het meer zie je daardoor duidelijk de toppen van de bergen waar ik de afgelopen weken gelopen heb. Ik huur een bootje. Een vrouwelijk roeister brengt me in een half uur naar de overkant, waar het oerwoud begint. Ze draagt een ringetje door haar neus en is volgens mij net zo oud als ik. Mannen doen hier niet zo veel, de vrouwen werken veel meer en harder, waardoor ze er vaak ouder uitzien dan de mannen. Tanige gezichten. Zonder een woord roeit ze me over. Ik zie als ik uitstap dat ik mijn slippers aan heb. En dat het niet echt een lekker paadje naar boven is. Die stinkende bergschoenen in mijn hotelkamer had ik deze keer toch beter kunnen aantrekken. Ik glibber wat naar boven en sta in 3 kwartier op de top. Nog steeds leech-vrij. Ook op de trek is het ze niet gelukt om over de rand van mijn schoenen en sokken te kruipen. Een wonder.
digitaal gedreutel
Nepal, Pokhara. Een week voor mijn vertrek naar China.
Allereerste weblog, zelf geknutseld. Nog wel wennen aan alle keuzes op het scherm en aan wie schrijf ik nu eigenlijk. Bij emails heb ik duidelijk voor ogen aan wie ik mijn bericht stuur, nu voelt het als een boodschap in het universum en misschien is dat ook wel zo.
In ieder geval: welkom!
Ik ga hier schrijven over dagelijkse dingen, nu ik verhuis naar China. Leuk als je zin hebt om te reageren en anders is het ook goed.